Zoals uiteengezet in het artikel "Wie zijn de Echte Hoogbegaafden?"[1]
zijn de schoolse noden van hoogbegaafde leerlingen eigenlijk volledig identiek aan die van alle andere leerlingen (ook al is de manier, waarop die noden gelenigd worden, geregeld verschillend).
Dit wordt met evenveel woorden gezegd in de pedagogische opdrachtverklaringen van de onderwijsnetten. Hieronder geven we enkele voorbeelden.
Het Vlaams Verbond voor Katholiek Basisonderwijs[2] publiceert het document
"Opvoedingsconcept van het Katholiek Basisonderwijs in Vlaanderen". Dit document vormt in al de Vlaamse katholieke scholen de basis voor het pedagogisch plan.
Een kleine greep uit de inhoud:
- Zorgverbreding
Op school zijn er afspraken over de aanpak van hoogbegaafde kinderen
Zorgbreedte wordt zorgverbreding voor kinderen wiens ontwikkeling anders verloopt dan normaal mag verwacht worden. Dat kan zowel een snellere of een tragere
ontwikkeling zijn. In beide gevallen dreigen ze kansen te missen omdat het onderwijs niet voldoende op hun mogelijkheden afgestemd is.
[...]
De eigenlijke taak van leerkrachten bestaat erin dat elke leerling een bij zijn mogelijkheden passend vormingsproces kan volgen. Leerkrachten moeten kunnen omgaan met verschillen tussen leerlingen.
Die verschillen kunnen zich op diverse vlakken situeren: beperkingen of juist meer mogelijkheden in verband met intellectueel functioneren, achterstand of voorsprong
in de schoolse vaardigheden of kennis van de basisleerstof, een gebrekkige of te sterke motivatie, faalangst, leerkwetsbaarheid, sociale ongelijkheidsfactoren,
[...]
Kinderen met een leerachterstand, maar ook hoogbegaafden, zijn mogelijk gebaat met een gedifferentieerde aanpak. zo kunnen ze aan hun eigen tempo
en met een ander resultaat toch het leerproces voltooien. Deze gedifferentieerde aanpak krijgt ook gestalte in het evaluatiesysteem. Door meer de vorderingen en minder uitsluitend het resultaat te beoordelen,
ervaren zowel sterkere als zwakkere kinderen dat ze in hun ontwikkeling vooruitgang geboekt hebben.
- Kwaliteitskenmerken: schoolwerkplanning en organisatie
De school werkt aan voorzieningen in het kader van extra stimulansen van hoogbegaafden
- Het leerproces van de leerlingen
- Het aanbod van de activiteiten vertrekt van de behoeften, de belangstelling en de inbreng van de leerlingen.
- Bij de evaluatie worden de leerlingen vooral met zichzelf vergeleken (hun vorderingen) in plaats van met de anderen
- Permanente evaluatie en een leerlingvolgsysteem worden gehanteerd als instrumenten om elke leerling op zijn niveau vooruit te helpen
- De leerkracht begeleidt en ondersteunt het leerproces
- De leerkracht heeft waardering voor ieder kind, met een bijzondere aandacht voor wat het reeds kan
- De leerkracht houdt rekening met de beginsituatie en het ontwikkelingsniveau van elke leerling
Het Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap[3] publiceert de "Leidraad schoolwerkplanontwikkeling".
Twee voorbeelden:
- De zorgbegeleider / het zorgteam neemt de volgende taken op zich: [...]hoogbegaafde leerlingen ondersteunen en begeleiden
- Zorgverbreding
- De school hanteert instrumenten om de individuele verschillen binnen alle domeinen van de persoonlijkheidsontwikkeling te bepalen en aan te geven, bv. een kindvolgsysteem. Dit impliceert dat de eigen werking via gerichte observaties en continue reflectiemomenten permanent wordt bijgestuurd.
- De school bouwt differentiatievormen in waarbij elk kind kansen krijgt om op zijn niveau verder te ontwikkelen.
- De school stemt het aanbod af op de individuele mogelijkheden zodat kinderen gemotiveerd zijn en bereid zijn om initiatieven te nemen. Dit draagt bij tot het ontwikkelen van een positief zelfbeeld.
Het Gemeenschapsonderwijs publiceert het "pedagogisch project van het Gemeenschapsonderwijs"[4] (PPGO), een document dat elk personeelslid bij indiensttreding moet ondertekenen.
Enkele citaten:
- Met het PPGO wil het Gemeenschapsonderwijs elk individu kansen bieden op een optimale ontwikkeling; een ontwikkeling die niet leidt tot nivellering en standaardisering, maar gedifferentieerd is naar ieders talent en competenties
- Dit betekent onder meer gelijke ontwikkelingskansen voor gelijkbegaafde. Het houdt enerzijds in dat milieuachterstanden of handicaps worden gemilderd of weggewerkt door aangepaste hulpverlening, en anderzijds dat wordt ingespeeld op de specifieke behoeften van meerbegaafde en talentvolle jongeren.
- Het Gemeenschapsonderwijs tracht een maximale vooruitgang (d.i. leerwinst) te realiseren bij zijn leerlingen.
|